Iedere zaterdag ben ik in de Hub te vinden. Dit is een lunchroom en wijkcentrum tegelijkertijd, van waaruit we veel van onze missionaire activiteiten uitvoeren. Inmiddels komen er iedere zaterdag meer dan 50 mensen van de straat naar toe voor een warme maaltijd, brood, soep en wat drinken. En zoveel als mogelijk maken we een praatje en bidden we voor de mensen die komen. Hoewel ik dat een paar jaar geleden niet gedacht zou hebben, geniet ik ervan om er iedere zaterdag voor deze mensen te zijn en deze mensen iets van God’s liefde te laten zien. Niet door te zoeken naar mensen die hier en nu hun leven aan Jezus willen geven, maar gewoon door aanwezig te zijn, te luisteren, te helpen en mensen echt te zien voor wie ze zijn. En doordat ik iedere zaterdagochtend aanwezig ben heb ik het voordeel dat ik de mensen die komen goed leer kennen.
Zo is daar Bernie[1], een man op leeftijd die is opgegroeid in de Bronx, en mij steevast groet met: “My man!”. Nu leeft hij al jaren in zijn huis in San Nicolas zonder echte daginvulling en met een pensioen dat niet voldoende is om de rekeningen van te betalen. Het maakt hem erg eenzaam en het gevolg is dat hij veel op straat loopt, op zoek naar eten en momenten van gezelschap. Ik kom hem vaak meerdere keren per week tegen, op zaterdag bij de Hub en op dinsdag bij de Gospel Hall. Hij krijgt dan wat eten en Iedere keer dat ik heb tegenkom vraagt hij om gebed. Ook de gasten die ik regelmatig meebreng naar de Hub worden aangeklampt voor een praatje en voor gebed.
Toen ik laatst naast Bernie ging zitten en zei dat ik het fijn vond om hem iedere keer bij de Hub te zien, keek hij mij vol verwondering en met een schuine glimlach aan. “Weet je”, zei hij, “Het eten is fijn, maar uiteindelijk kom ik hier maar voor één ding. Dat jullie naar mij willen luisteren en dan voor mij willen bidden, dat geeft mij een boost voor de hele week. Dat is belangrijker dan het eten en dat is waar ik voor kom.” Toen ik hem vertelde dat wij het niet allereerst zijn die hem zien, maar dat God hem werkelijk wil zien, knikte hij; “Het is echt bijzonder dat God aan mij denkt, dat voel ik hier en ik ben er dankbaar voor.” Ik knikte en gaf hem een schouderklopje. Terwijl ik opstond hoorde ik Jezus zacht tegen hem zeggen: “My man!”
[1] Gefingeerde naam
Photo by nappystudio on Unsplash