Soms zijn er van die dagen dat je van die netwerkafspraken hebt waarvan je weet dat het goed is om erheen te gaan, maar dat je zo ontzettend geen zin hebt dat het bijna pijn doet. Deze week had ik zo’n afspraak. Ik had he-le-maal geen zin en zag als een berg op tegen ruim twee uur conversatie. Maar ik wist ook dat het goed was om te gaan. Ik kon niet precies aanstippen waarom, maar ik wist het gewoon. En dus raapte ik al mijn moed bij elkaar en ging ik.
De afspraak verliep okee. We zaten een tijdje te praten over koetjes en kalfjes, maar stiekem verzuchtte ik nog steeds: ‘Heer, waarom?’. Er lagen genoeg andere taken op me te wachten en ik wilde verder, niet twee uur stilzitten op een bankje, sippend van overigens heerlijke koffie.
Ik voelde de druk van administratie, financiën en het geven van een update aan de achterban die op me lagen te wachten en moesten gebeuren. Ik had ze al enige tijd uitgesteld omdat ik druk was met de Bible Summer School, Counseling en allerlei andere ministry activiteiten. Zo achter mezelf aanrennend met alles wat er moest gebeuren, was ik ook al een aantal dagen niet goed toegekomen aan stille tijd. Ik voelde me er schuldig over, wilde er graag echt even voor gaan zitten, maar hield mezelf steeds onbewust voor ogen wat er nog allemaal moest gebeuren.
Terug op dat bankje was mijn koffie op. Onze bediende, een aardige jonge kerel van 19, kwam voorbij. Mijn metgezel bestelde een nieuw bakje koffie voor ons en vroeg hem en passant of we voor hem konden bidden. ‘Ja, graag!’ was zijn enthousiaste antwoord. ‘Laat me even deze klanten helpen en dan kom ik terug.’
Terwijl we wachtten op zijn terugkeer realiseerde ik me dat ik in al mijn drukte zomaar gericht was geraakt op wat ik moest doen in de “gewone” wereld. Ik was daardoor vooral gefocust op mezelf en dacht daardoor minder aan wat God wilde doen voor de mensen om me heen.
Onze bediende kwam terug. Hij vertelde dat hij Katholiek was opgevoed, maar nu al jaren niet meer naar de kerk ging. Sinds een tijdje was hij in de Bijbel aan het lezen en hij realiseerde zich dat hij bij God wilde horen. Ik vroeg hem of hij ooit al eens bewust aan God gevraagd had of hij bij Hem mocht horen. Het antwoord was ‘nee, niet bewust.’ Hij gaf aan dat hij zich realiseerde dat Jezus zijn Verlosser was en heel graag een relatie met Jezus zou willen. Na wat uitleg hebben we samen gebeden en gaf hij ter plekke zijn leven aan de Heer. Hoe bijzonder is dat! Terwijl ik geen zin had en werd afgeleid door mijn eigen drukte, bracht onze Vader deze jongen zomaar in Zijn koninkrijk. Wat een zegen dat Hij, ondanks mijn gedrag, gewoon doorging met het echte werk. En wat een genade dat Hij terwijl Hij deze jongen redde tegelijkertijd ook mij even op mijn schouder tikte. Alsof Hij wilde zeggen: ‘Dat Ik deze jongen red is logisch, maar hou jij ook even je focus op Mij?’
Photo by jose alfonso sierra on Unsplash